Uitdaging
Hoe gebruik je de trappen van vergelijking met moeilijke woorden?
Methode
De basis regels voor de trappen van vergelijking zijn:
Stellende trap --> bijvoeglijk naamwoord
Vergrotende trap --> bijvoeglijk naamwoord + er
Overtreffende trap --> bijvoeglijk naamwoord + st
Als je een bijvoegelijk naamwoord niet kent of het een moeilijk woord vindt, pas dan gewoon de basisregels, aanvullende regels en uitzonderingen toe over de spelling van deze trappen van vergelijking!